Blijft gij nooit een blanken uchtend,
Leeuwrik, zingen hier beneen,
Die uw nachtlijk nest ontvluchtend
Door de zilvren neevlen heen
Vleuglings vindt de gouden wegen
Waar uw aadmen juichen wordt,
Tot uw zang in vuren regen
Naar de koele vore stort;
Zingt gij nooit de roode smarten
Van den duistren aardenacht,
Wordt het bloeden onzer harten
Wel gestelpt, maar nooit verklacht?…
In het ijle blauw verloren
Volgt mijn oog niet meer uw vlucht,
Maar uw antwoord dwaast mijn ooren
Met zijn zaligend gerucht:
Steeds, uit vreugd of smart gerezen,
Heeft de ziel uw vreugd verstaan,
En tot uwe vreugd genezen,
Ons gemeen geheim geraen:
Alle smart omhooggedragen
Meerdert vreugdes gouden schat:
Slechts de vleuglen die ons schragen,
Zijn van aardes tranen nat.
(Pieter Cornelis Boutens)
More Poetry from Pieter Cornelis Boutens:
- Aan De Schoonheid (Pieter Cornelis Boutens Poems)
- Liefdes Uur (Pieter Cornelis Boutens Poems)
- Lethe (Pieter Cornelis Boutens Poems)
- Alle Heemlen Vult De Zoete Roke (Pieter Cornelis Boutens Poems)
- Invocatio Amoris (Pieter Cornelis Boutens Poems)
- De schoonheid (Pieter Cornelis Boutens Poems)