Als eens mijn uurtjen komen zal,
En ik van de aard moet scheiden,
Wil Gij dan in het schaduwdal,
O Jezus! mij geleiden.
‘k Beveel in Uwe hand mijn geest,
En volg, o Heer! U onbevreesd
Naar ‘s Hemels groene weiden!
Wel zal ik beven op ‘t gezicht
Van al mijn duizend zonden,
Daar mijn geweten-zelf mij richt
En schuldig heeft bevonden:
Maar denken wil ik aan Uw dood,
O Heer! en vlieden tot Uw schoot,
En schuilen in Uw wonden.
Ik weet in Wien mijn hart gelooft:
Gij zult mij niet begeven!
Zijn niet Uw leden, Godlijk Hoofd,
Onscheidbaar saamgeweven?
Ja, als ik sterf, dan sterf ik U,
Want, Heer! Uw dood verwerft reeds nu
Mijn ziel een eeuwig leven!
Nu Gij den dood verwonnen hebt,
Blijf ik in ‘t graf niet rusten:
Mijn ziel, die reeds de vleugels rept,
Vreest ‘s waerelds leed noch lusten.
Waar Gij nu zijt zal ik eens zijn!….
Gegroet dan, eeuwge Zonneschijn,
En blijde Hemelkusten!
Zoo sterve ik zonder vrees of schrik,
Getroost in Uw erbarmen:
Mijn sluimring duurt
(Jan Jakob Lodewijk ten Kate)
More Poetry from Jan Jakob Lodewijk ten Kate:
- Het Ontwaken (Jan Jakob Lodewijk ten Kate Poems)
- De Vier Winden (Jan Jakob Lodewijk ten Kate Poems)
- De Prairien (Jan Jakob Lodewijk ten Kate Poems)
- L'Allegro (Jan Jakob Lodewijk ten Kate Poems)
- Edward En Emma (Jan Jakob Lodewijk ten Kate Poems)
- Des Zangers Vloek (Jan Jakob Lodewijk ten Kate Poems)